vrijdag 30 augustus 2013

Blue Jasmine

Woody Allen houdt van één ding: films maken. De laatste jaren produceert hij elke 12 maanden een nieuwe film. Soms met succes, soms met wat minder. Na het wat tegenvallende To Rome with Love presenteert hij nu Blue Jasmine, een film waarin hij eindelijk over ‘echte’ problemen praat. Over de financiële crisis. 


De films die Allen maakt zijn meestal een hele hoop geleuter. Hij houdt van praten, met name over relaties. Ook Blue Jasmine is volgestopt met dialoog. In deze film stoort het echter minder. De film speelt niet in het utopische Allen-wereldje, maar in de harde realiteit. Jasmine, ooit Jeannette (Cate Blanchett), zit aan de grond. Tot voor kort behoorde ze tot de rijke elite van New York City. Ze was de gastvrouw van de mooiste en de beste diners van de Apple. Nu is dat voorbij. Geen rode cent heeft ze over, geen man, geen opleiding, geen werk. Ingestort stapt ze in het vliegtuig naar San Fransisco - wel eerste klas, want dat kan niet anders, toch? - om bij haar zus Ginger (Sally Hawkins) te gaan wonen. Op zoek naar een nieuwe start. 

Allen schetst met Blue Jasmine een actueel verhaal. Hij toont een wereld vol overdaad die tot val komt. Doordat het wrange heden wordt afgewisseld met vrolijke flashbacks, vervalt de film niet in een depressieve sleur. We krijgen juist alle kanten te zien, alle contrasten. Zonder deze tijdwisselingen zouden de personages al snel stereotypen worden. Nu is echter hun gedrag gegrond. Niks is zwart-wit. 


Blue Jasmine wordt gedragen door Blanchett. De actrice die eerder een Oscar in de wacht sleepte voor haar bijrol in The Aviator, speelt de sterren van de hemel. Ze overtuigt zowel als gefrustreerde, gebroken vrouw als rijke verwaande dame. Ondanks haar vele dialoog zijn haar gezichtsuitdrukkingen het overtuigendst. Soms maakt ze echt bang. Andere moment wekt ze weer medelijden op wanneer ze verward in zichzelf begint te praten. Blanchett maakt de film realistisch. 

Hoewel serieuze drama een rol speelt in Blue Jasmine, blijft de film een typische Woody Allen. De problematiek is traditioneel. Liefdesproblemen met een zekere luchtigheid voeren de boventoon. Allen denkt daar nu eenmaal veel van te weten. Ook maakt hij zich er op het laatst weer eens makkelijk vanaf. O die Allen. Film nummer 45 is in de maak.

zondag 25 augustus 2013

Geroosterde aubergines

Weekend, fijn weekend. Sinds ik vijf dagen in de week stage loop bij het Nederlands Film Festival heeft weekend opeens een andere betekenis gekregen. Weekend zijn die dagen wanneer je eindelijk vrij bent, wanneer de wekker niet om 7 uur gaat, wanneer je niet de hele dag achter de computer zit met een rinkelende telefoon. Weekend is in bed liggen, naar de markt gaan, een boek lezen, koken, vrienden zien. Gisteren werd ik verwend met een heerlijk diner bij een vriendinnetje. Geroosterde aubergines geïnspireerd op de Israëlische keuken. Een kleurenpracht. Helaas vergat ik een foto te nemen, dus ik zeg, probeer het snel uit!

Recept

3 aubergines
1 granaatappel
2 tenen knoflook
1 tl kurkuma
1 tl gemalen komijn
1/2 el paprikapoeder
4-5 el olijfolie
75 g blanke amandelen
40 g rucola
50 g pompoenpitten
100 g feta

Verwarm de oven voor op 200 graden. Snijd de aubergines in vieren, bestrooi ze met zout en laat ze 30 minuten liggen. 
Halveer de granaatappel en schep de pitjes eruit. Pers de knoflook, meng dit met kurkuma, komijn, paprikapoeder, peper en 3 el olijfolie in een kommetje. Dep de aubergines droog, bestrijk ze met het oliemengsel en leg ze op een met bakpapier bekleedde bakplaat. Rooster de aubergines in 30 minuten bruin en gaar. 
Rooster de amandelen grof gehakt in een droge koekenpan. Verdeel de rucola over een schaal. Leg de aubergines erop. Bestrooi het geheel met de feta, noten en granaatappelpitjes. Druppel er nog wat olijfolie overheen. 

woensdag 21 augustus 2013

Een maand geen kleding kopen

Na mijn onderzoekje vorige maand naar de kledingindustrie, ging ik zonder veel aarzelen de uitdaging aan. Een maand geen kleding kopen. Hoe verliep dat uiteindelijk?

De afgelopen maand doorkruiste ik bijna elke dag Hoog Catherijne, het grote overdekte winkelcentrum dat een brug vormt tussen Utrecht Centraal en de binnenstad. Om negen uur was het nog een doodse bedoening, om zes uur werkten de winkeliers hun laatste klanten weg. Hoeveel broekjes zouden die dag verkocht zijn? Hoeveel jurkjes zouden zonder nadenken over de toonbank zijn gegaan? Zelf werd ik door mijn lange werkdagen geholpen in het niet winkelen, maar om eerlijk te zijn: die enorme koopgoot elke dag doorkruisen nam mijn zin ook wel weg. Al die rekken …

Begrijp me niet verkeerd. Ik ben een meisje, een meisje dat van kleren houdt. Elke dag een ander jurkje, zwijmelend voor etalages, zoekend naar inspiratie op straat, op internet, in winkels. Toch kreeg ik daar deze maand een beetje een misplaatst gevoel van. Telkens dacht ik aan de meren in Rusland die opdrogen door de katoenindustrie; aan de mensen in Bangladesh, hardwerkend tegen amper loon. Hoeveel zou het inkomen van die Utrechtse winkels verschillen met dat van de kledingmakers in de verre landen? Voor het eerst maakte zelfs de summersale me niet warm. Ik zocht naar andere manieren. Stap 1: Mijn kledingkast uitmesten.

maandag 19 augustus 2013

Alceste à bicyclette

Theater en film, het is echt wat anders. Dat leren we van de twee acteurs Serge en Gauthier in de nieuwe film van de Franse regisseur Philippe Le Guay, Alceste à bicyclette.

Ver weg, verstopt op het eiland Île de Ré, daar slijdt de oude acteur Serge (Fabrice Luchini) zijn dagen. Zijn huis is een ramp, steeds moet er weer wat gebeuren. Toch lijkt Serge zich wel te vermaken: met schilderen, fietsen, naar de zee staren. Acteren is voor hem voorbij. Althans dat denkt hij. Wanneer een oud-collega en inmiddels televisie-ster, Gauthier (Lambert Wilson), hem komt vragen mee te werken aan een theaterstuk van Molière, Le Misanthrope, weet Serge niet goed hoe hij moet reageren. Nee acteren wil hij niet, maar gewoon een dag repeteren?


Alceste à bicyclette toont op mooie wijze wat acteren inhoudt. De zoektocht naar perfectie, maar ook de rivaliteit. Gauthier en Serge hebben elkaar nodig, maar zitten elkaar tergend in de weg. Wie krijgt de rol van Alceste en wie speelt Philinte? Serge met zijn rijke ervaring, Gauthier met zijn populariteit? Wat weegt het zwaarst?

Het verhaal voor de film was een idee van Luchini en Le Guay zelf. Je raadt het al, samen zaten zij in een vergelijkbare situatie toen Le Guay Luchini kwam vragen voor zijn Les femmes du sixième étage (2010). Luchini is dan ook waanzinnig sterk in zijn rol. Zijn verongelijkt blikken en stuurse, soms zelf narcistische gedrag overtuigen elke minuut. Hij speelt overtuigend een oude vakrot die in zijn eigen wereldje leeft en die zich opeens bedreigd voelt bij de komst van een buitenstaander. Serge wordt onhandig, hij weet zich geen houding te geven.


Mooi zijn de scènes waarin film in theater overloopt. Serge en Gauthier repeteren Le Misanthrope. Om beurten spelen ze Alceste en Philinte, samen gaan ze opzoek naar perfectie. Le Guay heeft absoluut de juiste teksten gekozen. Ze illustreren duidelijk de situatie tussen Serge en Gauthier. Hun vriendschap, hun rivaliteit.

Hoewel Alceste à bicyclette af en toe net te jolig wordt – een fietser die de sloot inrijdt – heeft Le Guay een mooie balans gevonden tussen lachen en slikken. Wat als twee oude vrienden begint, zoekend naar de perfecte Le Misanthrope, loopt uit op een strijd, een harde strijd. Alceste à bicyclette is niet alleen maar komedie.

zaterdag 17 augustus 2013

My Life in Sourdough

Voedsel en film: de combinatie die perfect bij mij past (al zeg ik het zelf). Blijkbaar ben ik niet de enige. Marie C, een Franse filmmaakster die momenteel haar masters doet aan de NYC, combineerde het in een mini-serie: My life in Sourdough. Food, dating, New York, en dat vanuit de ogen van een Frans meisje. Ik ben nu al verkocht!
Hier de trailer, volg de hele serie op http://mylifeinsourdough.com/

dinsdag 6 augustus 2013

The Bling Ring

Een groep tieners in LA, inbrekend bij Paris Hilton, Lindsay Lohan, Orlando Bloom en andere bekenden. Het klinkt krankzinnig, maar het is gebeurd. Sofia Coppola verfilmt dit verhaal met haar nieuwe film The Bling Ring.

Na Lost in Translation en Somewhere maakt Sofia Coppola wederom een film waarin ze de psychologie achter rijkdom en bekendheid centraal zet. Dit keer gebruikt ze echter tieners. Een gang jongeren, opgroeiend in Los Angeles, is zo geobsedeerd met de sterren dat ze besluiten een kijkje in hun huizen te nemen. Moeilijk is het niet. Op internet zoeken de jongeren wanneer de sterren weg zijn en googlen ze de adressen. Beveiligd zijn de huizen amper, altijd staat een deur of een raam wel open. In de walhalla’s aan sieraden, schoenen, tassen en kleding voelen de jongeren zichzelf eindelijk een ster. Het nodigt uit tot meer.  


Het verhaal klinkt ongelofelijk, maar is gebaseerd op feiten. Coppola baseert zich op een grondig artikel in de Vanity Fair. Naast de OMG’s en het “your ass looks awesome” besteedt Coppola veel aandacht aan de situatie waar de daden uit voortkomen. Ondanks de oppervlakkige personages vervalt The Bling Ring zo zelf niet in oppervlakkigheid. Zo is Marcs deelname (Israel Boussard) te verklaren door zijn geschiedenis als einzelgänger. Hij is de jongen die altijd buiten de boot viel en nu eindelijk vrienden heeft. Bij Chloe (Claire Julien)is het vechten tegen haar verveling. Nicki (Emma Watson) en Sam (Taissa Farmiga) rebelleren tegen hun zweverige, te vredelievende moeder. LA is geen makkelijke omgeving om in op te groeien, zo leert de film. Misschien gaat niet iedereen zich met de personages sympathiseren, begrijpen doe je hen in ieder geval wel. Alleen gangleider Rebecca (Katie Chang) valt niet te pijlen, zo koud als ze is.

Naast het overtuigende acteerwerk van bijna allemaal onbekende acteurs (alleen Emma Watson is een grote naam), laat Coppola haar talent zien in het beeld en geluid. De muziekkeuze, de facebookstills en de fluorescerende begincredits passen helemaal binnen de opgefokte sterrensfeer. De regisseuse toont LA met zijn destructieve kanten, maar ook met zijn aantrekkingskracht. Want ja, zoals Marc verwoordt: “ I wanted to be part of the lifestyle that everybody actually want” 

vrijdag 2 augustus 2013

Verspil jij ook 50 kilo per jaar?

50 kilo per jaar. Als we het voedingscentrum mogen geloven, is dat het gewicht aan voedsel dat elke Nederlander jaarlijks in de prullenbak smijt. Zonde en zondig! De Damn Food Waste laat zien dat het anders kan. Kan jij het ook?

Onze wereld zit raar in elkaar. Op de ene helft van de aardbol lijdt men honger, op de andere helft worden kilo’s aan voedsel weggegooid. Ik werd laatst voor de zoveelste keer met voedselverspilling geconfronteerd toen mijn zusje, sinds een paar maanden werkzaam bij de Albert Heijn, liet vallen dat bij haar filiaal elke dag weer een lading producten in de prullenbak belandt. Nee, zij en haar collega’s mogen er niet aankomen en ook klanten krijgen er niks van mee. Al een paar jaar geleden is uit onderzoek gebleken dat een vierde van het versassortiment van een supermarkt wordt weggegooid, oftewel op vier supermarkten belanden de waren van eentje geheel in de container. Ondanks deze schokkende cijfers is er weinig aan het supermarktbeleid veranderd, zo blijkt.

Een tweede probleem wat betreft voedselverspilling zijn wij, de consumenten. Ook wij kunnen nog veel leren. Etiketten zoals ‘tenminste houdbaar tot’ maken ons lui. Zelf nadenken of een product nog te consumeren is, doet nog maar een handjevol mensen. Wanneer mijn huisgenoot ziet dat de houdbaarheidsdatum van zijn brood is verlopen, belandt het in de prullenbak. Op schimmel controleert hij niet eens. Ook melk belandt bij ons regelmatig in de gootsteen, met en zonder zure luchten. Dat moet eens veranderen!
Liselotte-Foodwaste-Eline Cox

Wat feiten in een notendop
Gelukkig is het tij aan het keren. De laatste jaren zien we langzaam maar zeker meer aandacht voor voedselverspilling. Zo werd op 29 juni de Damn Food Waste gehouden op het Museumplein te Amsterdam. Een enorme gratis lunch georganiseerd door FoodGuerrilla (NCDO), Voedingscentrum, Universiteit Wageningen, Youth Food Movement (YFM), Natuur & Milieu en Feeding the 5000/EU Fusions. Hun doel? Samen lunchen en mensen bewuster maken van de volgende feiten:

Gemiddeld gooien consumenten ongeveer 14% van het gekochte voedsel weg per persoon per jaar. Dit komt neer op ongeveer 50 kg voedsel. Het gaat hier enkel om de vaste producten, vloeistoffen zoals koffie, melk en frisdrank zijn niet meegerekend.

Voor de consumenten in Nederland komt de verspilling uit op 0,8 miljard kg per jaar. Dit is naar schatting € 2,4 miljard aan eetbaar voedsel per jaar. Omgerekend is dat ongeveer €350 per huishouden en €155 per persoon.

Buiten de € 2,4 miljard aan verspilling door consumenten wordt ook nog eens ongeveer € 2 miljard in de rest van de voedselketen verspild. In totaal komt dit neer op ongeveer €4,4 miljard per jaar aan voedselverspilling. 

De tactiek van Damn Food Waste werkt. Met de cijfers doen ze ons verontrusten, met de lunch stellen ze ons weer gerust. Er moet iets veranderen bij de consument, bij de bedrijven en bij de overheid, maar dat kan ook, is hun boodschap. Door een enorme groep vrijwilligers wordt voor zo’n 5000 mensen een gratis lunch bereid met ‘restafval’: kromme komkommers, zachte bananen, brood over datum. Ze laten zien dat dit nog steeds heerlijk smaakt en dat je er echt niet ziek van wordt. Een beetje gezond verstand en je zet de fijnste dingen op tafel. Daarnaast attenderen verschillende stands de bezoeker op het feit dat kromme komkommers best lekker zijn, je van oud brood koekjes kan bakken en je minder verspilt wanneer je je koelkast op een bepaalde manier inricht.